4 APRIL 1924.
169
9, Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot onder-
handschen verkoop van een stuk gemeentegrond, gelegen
op den hoek van de Veemarkt en de Boschstraat, aan L.
P. A. van der SIuijs, luidende als volgt:
„Van L. P. A. van der Sluys alhier is bijgaand ver-
„zoek ingekomen tot aankoop van het stukje gemeentegrond,
„gelegen hoek Veemarkt-Boschstraat, als perceel 2120 aan
gegeven op de mede hierbijgaande teekening.
„Hij biedt daarvoor een som van f 1800.of ongeveer
„f 36.per M2.
„Aangezien de geboden som ons alleszins billijk voorkomt,
„stellen wij U voor, voornoemd stukje grond aan van der
„Sluys voornoemd te verkoopen, zulks op de navolgende
„voorwaarden
„1. de koopsom zal bedragen f 1800..de betaling moet
„plaats hebben bij het verlijden der koopakte,
„2. het verkochte zal op het terrein worden uitgezet door
„den dienst der openbare werken,
„3. op den verkochten grond zal moeten worden gebouwd
„geheel volgens door Burgemeester en Wethouders goed
gekeurde teekeningen, waarvan een door den aanvrager en
„den architect onderteekend exemplaar onder Burgemeester
„en Wethouders blijft berusten,
„4. de bebouwing moet geheel voltooid zijn binnen één
„jaar na het passeeren der koopakte. Indien op den dag,
„waarop een jaar na het passeeren der koopakte is verstreken,
„de bebouwing niet geheel voltooid is, wordt, zonder dat
„eene ingebrekestelling noodig is, aan de gemeente Breda
„een boete verschuldigd van f 10.per dag, totdat de be
bouwing geheel zal zijn voltooid. Ieder dergenen, die na
„de gemeente Breda eigenaar was, is of wordt van het per-
„ceel, is hoofdelijk voor het betalen der geheele boete aan
sprakelijk,
„5. de kosten op dezen verkoop vallende, zijn voor
„rekening van den kooper."
