8 APRIL 1924. 297 Ten slotte wenscht Spr. het nog even te hebben over de tuberculose-bestrijding. Spr. sluit zich te dien opzichte aan bij de woorden van Mevrouw Neve. Het is zoo onaange naam bij huisbezoek telkens te moeten hooren, dat de ge meente Breda de subsidie aan „het Groene Kruis" dit jaar heeft ingehouden. Hetgeen het particulier initiatief in deze verricht, is heel mooi, maar het kan vooral in deze slechte tijden niet zoo veel doen. Spr. dringt er derhalve op aan, bij de eerstvolgende gelegenheid wederom subsidie te verleenen, desnoods met terugwerkende kracht. De heer SPEYART VAN WOERDEN zal geen alge- meene beschouwingen houden. Spr. heeft het woord gevraagd naar aanleiding van een uitlating van den heer Cerutti. Er is volgens Spr. altijd een groot verschil tusschen een politiek en een privaat persoon. Een privaat persoon zal men niet zoo licht zonder bewijzen van iets beschuldigen, maar tegenover een politiek persoon ontziet men zich niet en slingert hem straffeloos zonder eenig bewijs de ernstigste verwijten naar het hoofd. Het is indertijd Spr.'s ernstigste bezwaar geweest tegen het aanvaarden van een zetel in den Gemeenteraad, dat het zoo moeilijk schijnt te zijn een gemeente politiek te voeren zonder personen-kwesties. Spr. heeft dan ook steeds ernstig getracht een gemeente-politiek te voeren, los van dergelijke kwesties. Nadrukkelijk wenscht Spr. hier te verklaren, dat bij de beraadslagingen in de R. K. raads fractie door niemand de wensch is geuit om den heer Zijlmans tot lid van de gascommissie te kiezen ten einde den heer F eb er een hak te zetten. Ook heeft eenige mededeeling daaromtrent hem in geen enkel opzicht bereikt. Tot nu toe heeft nog nooit iemand Spr. in herinnering behoeven te brengen, dat hij het „noblesse oblige" niet is nagekomen. Spr. eischt dan ook, dat de heer Cerutti hem op dit punt zijn spijt zal betuigen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 297