30 18 JANUARI 1924. f 3000 f 3800, in eindhoven f 3300 f 4000, in Helder f 3800 en in Naastrichl heeft men een boekhouder voor f 4000 en een kassier voor f 3900. De heer S1 i n k e r t ver richt uitstekend werk, doch de toekomst zal moeten leeren, of hij in die richting werkzaam blijft en of de reorganisatie, door hem tot stand gebracht, in de praktijk deugdelijk zal blijken. De heer Slinkert heeft alleen verandering gebracht in de administratie; dit is op zich zelf geen bijzondere ver dienste, al valt het te apprecieeren, dat hij krachtige pogingen aanwendt om deze te verbeteren. Het is de plicht van iederen ambtenaar om zijn best te doen en het gaat dus niet aan, bij dit onderhavige voorstel den nadruk te leggen op den persoon. De heer KLUFT is het niet met de vorige sprekers eens. De heer Slinkert is indertijd de bevoorrechte geweest uit 150 sollicitanten, hetgeen bewijst, dat hij een uitstekende kracht is. En wanneer nu blijkt, dat hij uitstekend werk verricht, dan moet men hem daar naar betalen. De Raad weet uit ervaring, dat Wethouder Feber niet met geld smijtwanneer deze zich dus voor dit voorstel verklaart, dan is dit een reden te meer om er op in te gaan. Spr. zal dan ook voorstemmen. De heer BOGMANS is niet tegen de voorgestelde ver hooging, doch wil er even aan herinneren, dat hem de vorige maal de toezegging was gedaan, dat tevens overwogen zou worden, of de functies van directeur van den Reini gingsdienst en der Beplantingen eveneens in een hoogere salarisgroep dienden te worden geplaatst. Spr. had gedacht, daaromtrent eenige aanwijzing bij de stukken aan te treffen. De heer SCHRAUWEN verklaart tot de minderheid in de commissie te behooren, welke zich met het voorstel van Burgemeester en Wethouders kan vereenigen. Spr. sluit zich geheel aan bij het betoog van den heer Kluft. De heer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 30