324
8 APRIL 1924.
van de uitkomsten over 1923 samen te stellen. De heer
Pels ter heeft zooeven eenige cijfers van donkere kleur
gegeven. Misschien zouden er echter ook nog wel cijfers
naar voren gebracht kunnen worden, welke niet zoo n donker
vooruitzicht openen, doch hoe het ook zij, door alle factoren
te zamen, welke van invloed zijn op de begrooting, zal een
verhooging van den factor toch wel niet te voorkomen zijn.
Ook al zouden de financieele uitkomsten nog medevallen,
dan rijst niettemin de vraag, of niet bezuinigend moet worden
opgetreden. De heer Cohen heeft verklaard van geen be
zuiniging te willen hooren, daarbij wijzende op nog aan te
boren bronnen van inkomsten, bijvoorbeeld de bedrijfsbelasting.
Deze laatste zal echter geen weerklank in den Raad vinden.
De economische moeilijkheden zijn van dien aard, dat boven
dien betwijfeld zou mogen worden, of uit een belasting op
het bedrijf aanzienlijke inkomsten te verkrijgen zouden zijn. De
heer Appelboom is met zijn voorstel tot pensioenaftrek
niet met iets nieuws gekomen. Het Rijk en verschillende
gemeenten zijn hierin reeds voorgegaan. In een van de beide
moties bepleit de heer Zijlmans de wenschelijkheid van
een algemeene salarisherziening. Waarom staat men echter
tegenover een dergelijk voorstel in den regel huiverig?
Naar Spr. meent, wegens het vele werk en den geruimen
tijd aan de uitvoering daarvan verbonden. Daar de financieele
loop van zaken in dien tusschentijd niet tegen te houden is,
acht Spr. een algemeene salarisherziening thans ook niet
zeer doeltreffend. Voor nadere gegevens in zake de arbeids-
en dienstvoorwaarden van het personeel, verwijst Spr. naar
de samenvatting, die daarvan eenigen tijd geleden hier werd
samengesteld. De heer Mo 11 wenscht niet aan de salarissen
te tornen en staat verhooging der belastingen voor, indien
dit noodig blijkt. Vergelijkt men de salarissen te Breda met
die in andere gemeenten, dan moet erkend worden, dat deze
hier ter plaatse niet buitenmate hoog zijn, doch daarbij dient
tegenwoordig tevens de toestand in de maatschappij in aan
merking genomen te worden. Er is gezegd, dat het bij een