416
9 APRIL 1924.
De heer HORNIX wil de gestelde leeftijdsgrens sterk
verhoogen.
De heer KLUFT stelt voor om het College te verzoeken,
stappen te willen doen tot herziening der huidige regeling.
De VOORZITTFR merkt op, dat de Raad deze regeling
heeft gewenscht, terwijl het College van Burgemeester en
Wethouders daarover zelfs niet eensgezind was.
De heer KLUFT verzoekt den Voorzitter zijn voorstel
in stemming te brengen.
Het voorstel van den heer Kluft, om Burge
meester en Wethouders uit te noodigen, de pensioen
regeling voor de wethouders wederom ter hand te
nemen en het daarheen te leiden, dat deze regeling
minder drukkend voor de gemeentekas wordt, daarop
in stemming gebracht, wordt aangenomen met 12
tegen 6 stemmen.
Voor: de heeren Van Sasse van Ysselt, Van Luij-
telaar, Cerutti, Zijlmans, Speyart van Woerden,
Hornix, Kluft, Korteweg, Elich, Appelboom, Loo-
mans en Van Groenendael.
Tegenmevrouw Neve-Reintjes en de heeren Neve,
Bogmans, Schrauwen, Cohen en Haaiman.
De heeren Pelster en Moll waren bij deze stemming
afwezig.
De VOORZITTER verklaart, dat dit verzoek door het
College in overweging genomen zal worden.
Daarop wordt de post goedgekeurd.