438
9 APRIL 1924.
De heer COHEN acht dezen uitleg niet juist. Wanneer
de agenten zoogenaamd rust hebben, dan worden zij her
haaldelijk opgeroepen voor het verrichten van diensten op
het bureau.
De motie van den heer Haaiman om de dienst
uren boven de 52 uur per week te beschouwen als
overuren, daarop in stemming gebracht, wordt ver
worpen met 12 tegen 8 stemmen.
Tegen: de heeren Van Sasse van Ysselt, Van Luij-
telaar, Cerutti, Zijlmans, Speyart van Woerden,
Hornix, Kluft, Pelster, Elich, Appelboom, Loo-
mans en Van Groenendael.
Voor: mevrouw Neve-Reintjes en de heeren Neve,
Bogmans, Schrauwen, Korteweg, Moll, Cohen en
Haaiman.
De post wordt daarop ongewijzigd goedgekeurd.
Volgnummer 66. Kleeding en uitrusting der politiedienaars
en veldwachters.
De heer COHEN merkt op, dat het bestuur van den
Nederlandschen Bond van arbeiders in de kleedingindustrie
aan het Gemeentebestuur een onderhoud heeft verzocht in
zake de kleeding der politie. Bij dat schrijven werd tevens
verzocht in de bestekbepalingen voor de aanbesteding van
de kleeding der politie een bepaald loon te willen opnemen.
Het is n. 1. gebleken, dat de firma van Hal de kleeding voor
de poliiie buiten de stad heeft doen vervaardigen tegen
lagere dan de geldende loonen, terwijl hier vele kleermakers
zonder werk waren. Spr. heeft naar aanleiding daarvan ook
vragen gesteld en de Burgemeester deed de toezegging om
rekening te zullen houden met de naar voren gebrachte