11 APRIL 1924. 453 primitief badhuis kan hebben met 4 a 5 badkuipen en 2 a 3 douches. De heer COHEN deelt mede, dat het er in het laatst van de week in het badhuisje aan de Fellenoordstraat er barmelijk uitziet; het zit er dan vol menschen en menigeen gaat terug, omdat hem de tijd ontbreekt zoo lang te moeten wachten. Spr. geeft dan ook in overweging, een badgele genheid voor armlastigen te zoeken, welke beter voldoet dan de tegenwoordige. Wanneer daarmede wat kosten zullen gepaard gaan, vindt Spr. dat niet zoo erg; 1.1. Woensdag avond heeft men hier nog wel een post gevoteerd, welke niet zoo noodig is als dit, n. 1. voor de Burgerwacht. De VOORZITTER zegt, dat het uitermate moeilijk is om het geld der gemeente een juiste bestemming te geven. Wanneer de gemeente een fraaiere badgelegenheid inricht dan in de Fellenoordstraat, dan zullen daar wellicht alleen nettere menschen komen, hetgeen nu juist niet de bedoeling is. Of men moet een badhuis oprichten, dat in klassen is verdeeld b. v. voor on- en minvermogenden. De heer COHENIn Tilburg heeft men dat en er moet er nog een bijkomen. De VOORZITTER: Daar strijdt men anders aardig met de hooge kosten. De heer COHEN vindt dat niet zoo erg, wanneer het in het belang van de volksgezondheid is. De besprekingen omtrent dezen post zijn hiermede geëindigd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 453