484 11 APRIL 1924. De heer VAN LUIJTELAAR merkt op, dat er z. i. niet veel kans bestaat, dat de vrees van den heer Z ij 1 m a n s bewaarheid wordt. Is Spr. goed ingelicht, dan wordt slechts voor één R. K. huishoudschool subsidie verleend, welke subsidie vervolgens verdeeld wordt over de beide scholen. Voorts wijst Spr. er op, dat het onderwijs in de Nieuw- straat veel geld kost. De VOORZITTER zegt, dat door het aanwijzen van drie scholen reeds de grens is bepaald. Zooals ook den heer Zijl mans bekend zal zijn, bestaan er nog meerdere huis houdscholen te Breda. In sommige parochies is er een. Deze komen echter niet voor subsidie in aanmerking. Deze post wordt alsnu goedgekeurd. HOOFDSTUK VIII, 16. ONDERWIJS, KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN. Volgnummer 460. Subsidiën aan schouwburgen of muziekkorpsen. De heer COHEN vraagt, of gelijk hij reeds verleden jaar verzocht heeft ook andere vereenigingen, dan die, welke gewoonlijk de concerten geven, in aanmerking zullen kunnen komen voor subsidie voor zang- of muziekuitvoeringen op de Groote Markt of op andere plaatsen. Spr. meent te weten, dat er al een dergelijk verzoek is ingekomen. De VOORZITTER antwoordt, dat binnenkort de regeling van de muziekuitvoeringen voor dit jaar verwacht kan worden. Daarbij zal met de opmerking van den heer Cohen rekening gehouden kunnen worden. De heer KORTEWEG merkt op, dat van de 88 leer lingen, die op de Algemeene Zang- en Muziekschool alhier

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 484