19 MEI 1924. 549 De heer KLUFT zegt, het getreuzel van Burgemeester en Wethouders met het verleenen van hun goedkeuring niet te begrijpen. De VOORZITTERDat komt omdat U niet met de finesses op de hoogte bent. Ware zulks wel het geval, dan zou U voor het beleid van Burgemeester en Wethouders, niet een verwijt, doch een woord van waardeering over hebben. 5. De heer ELICH had ook willen vragen naar een ontwerp-verordening, betreffende het verbod van het be zorgen van melk op Zondag. De heer Cohen is hem echter vóór geweest en Spr. kan in het door deze ontvangen antwoord berusten. Voorts vraagt Spr., hoe het staat met le. het adres van de middenstandsvereenigingen, in zake verlaging van de tarieven voor winkel- en étalage-verlichting en 2e. het rapport van de marktcommissie. De heer FEBER antwoordt, dat een verlaging van de tarieven voor winkel- en étalage-verlichting op vele moei lijkheden stuit, ook zal zulks geen belangrijk voordeel voor de verbruikers opleveren het voordeel wordt hooger ge schat dan het werkelijk zou zijn. Spr. wil de zaak evenwel gaarne nog eens onder de oogen zien. Wat het rapport van de marktcommissie betreft, dit is gereed en zal den Raad binnenkort worden aangeboden. 6. De heer LOOMANS klaagt over het feit, dat zoo dikwerf proces-verbaal wordt opgemaakt tegen fietsers en geleiders van handwagens, die gebruik maken van het wan delpad langs den Marksingel, terwijl de rijweg ter plaatse in een zoodanigen toestand verkeert, dat hij onmogelijk te berijden is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 549