608 24 JUNI 1924. gemeester en Wethouders een jaar aan te houden en het dan met overlegging van nieuwe gegevens opnieuw onder de oogen te zien. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van den heer Zijlmans besloten. 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot af vloeiing van personeel aan de Gasfabriek (aangehouden in een vorige vergadering), met een begeleidend schrijven, een en ander luidende als volgt „Door den ombouw der gasfabriek zullen meerdere bij dat „bedrijf in dienst zijnde werklieden overcompleet worden. „Van de losse werklieden, die op 1 Juni a. s. een diensttijd „zullen hebben, varieerende tusschen ruim 6 en ruim 3 jaren, „zullen er 25 eervol ontslagen moeten worden. De overigen „zullen een vaste aanstelling kunnen erlangen, mits zij bij „geneeskundig onderzoek lichamelijk geschikt worden bevonden „voor de op te dragen werkzaamheden. Onder hen, die voor „ontslag worden voorgedragen, bevindt zich een zestal met „een leeftijd van boven 50 jaar (de oudste is 70 jaar, de „jongste 53). Ten opzichte van deze laatsten stellen wij U „voor, hun een levenslange uitkeering te doen verleenen, „daar verondersteld moet worden, dat zij op grond van hun „leeftijd minder kans dan de overigen hebben om werkge- „legenheid te vinden. Deze uitkeering zou de meerderheid „van ons College naar gelang van den diensttijd en leeftijd „willen doen varieeren tusschen 22 en 15"/0 van het laatst genoten loon. Volgens een globale raming zal deze uitkeering „in totaal een bedrag van rond f 23500.vorderen, verdeeld „over ongeveer achttien jaren. „Voor de overige hierbedoelde losse werklieden, die ont slagen moeten worden, wenschen wij U de volgende „wachtgeldregeling voor te stellen „Voor gehuwden bedraagt het wachtgeld 70 van het „weekloon en voor ongehuwden 40 van het weekloon.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 608