te 1 AUGUSTUS 1924. 659 Voorzitter: de heer Mr. Dr. W. G. A. VAN SONS- BEECK, burgemeester. Secretaris: de heer H. H. JONKERGOUW. De VOORZITTER opent de vergadering en deelt mede, dat van de heeren C e r u 11 i en Z ij 1 m a n s bericht is inge komen, dat zij verhinderd zijn, deze vergadering bij te wonen. Vervolgens zegt Spr., dat de notulen van het verhandelde in de vergaderingen van 8, 9 en 11 April, 3 en 19 Mei, 5 en 24 Juni 1924, overeenkomstig het bepaalde bij art. 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afschrift zijn toegezonden en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt of eenige bemerkingen daartegen in het midden heeft te brengen, allereerst wat betreft de Aotulen van het verhandelde op 8, 9 en 11 April j. 1. De heer HORNIX wenscht den laatsten zin van het door hem gesprokene op blz. 474 te zien gewijzigd als volgt Sor.'s bedoeling is niet, dat dit onderricht steeds op de scholen plaats heeft in aparte gymnastieklokalen, maar het kan dan meestal in de vrije lucht gegeven worden." Met inachtneming van deze wijziging worden de notulen van voormelde vergaderingen goedgekeurd en vastgesteld. Daarop stelt de VOORZITTER achtereenvolgens aan de orde de vaststelling der notulen van het verhandelde in de vergaderingen van 3 en 19 Mei en 5 en 24 Juni j. 1. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, worden voormelde notulen onveranderd goedgekeurd en vastgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 659