686
1 AUGUSTUS 1924.
„Ter bestrijding van de nog heerschende werkloosheid in
„deze gemeente wordt nog steeds voortgang gemaakt met
„de exploitatie van den Belcrumpolder, alwaar nog een be-
„langrijk aantal arbeiders zullen noodig zijn.
„Van zelf kan nimmer vooraf worden vastgesteld, of de
„werkloosheid, die op het oogenblik als zeer normaal is te
„beschouwen, zich binnenkort belangrijk zal uitbreiden, in
„welk geval er bereids maatregelen dienen te worden genomen,
„op welk standpunt ook de Commissie van de Arbeidsbeurs,
„tevens Commissie van steunverleening en werkverschaffing,
„zich steeds heeft geplaatst.
„Dat thans de Raad besluit tot het weder invoeren der
„steunregeling voor crisiswerkloozen moet ongetwijfeld ver
wondering wekken, nu er zelfs geen sprake is van de
„geringste crisis in een of ander bedrijf. Mijn persoonlijke
„meening is, dat een steunregeling op dit oogenblik misplaatst
„is, omdat van deze regeling niet de arbeiders genieten,
„voor wie zij indertijd in het leven is geroepen, doch in
„hoofdzaak zij, wier arbeid steeds met onderbrekingen ge-
„paard gaat, die zich steeds op deze wisselvallige werk
zaamheden hebben toegelegd en die absoluut niet zijn te
„controleeren.
„Wat ziet men thans al gebeuren, dat verschillende
„arbeiders, zich als werkzoekenden aanmelden bij de Arbeids
beurs, uitsluitend om in aanmerking te komen voor steun-
„verleening. Dit is een jammerlijk verschijnsel.
„Is alzoo dit advies weinig van invloed op het Raads
besluit tot steunverleening, toch kan door de betrokken
„Commissie van steunverleening, aan wie de uitvoering der
„regeling zal worden opgedragen, met een en ander rekening
„worden gehouden en bij elke aanvrage, om voor steun-
„verleening in aanmerking te komen, worden nagegaan, of
„het ontslag al dan niet een gevolg is van een of ander
„buitengewoon geval, daar crisis-gevallen op heden tot het
„verledene behooren.
„Verder dient onder het oog te worden gezien, of de
