1 AUGUSTUS 1924. 691 „overige 4 leden, onder wie de Voorzitter en de 3 leden- „werknemers, de steunverleening ook wenschen uitgebreid „te zien tot alle arbeiders, die zonder werk zullen komen." 20. Prae-advies (A) van Burgemeester en Wethouders, op verschillende adressen in zake werkverschaffing en steun verleening, vergezeld van het desbetreffend rapport (B) van den directeur van den dienst der werkloosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling, alsmede van een overzicht (C) van de kosten van steunverleening en werkverschaffing over het tijdvak 1 Januari-28 Juni 1924. A. „Onder wederaanbieding van verschillende adressen „betreffende werkverschaffing aan werkloozen en steunver leening hebben wij de eer U in de eerste plaats te ver- .wijzen naar de rapporten, overgelegd bij ons schrijven van „3 Juli j. 1. no. 44 1. „een rapport van den directeur van den dienst der „werkloosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling dd. „29 Juni 1924 No. 20/21ö, wiens advies werd inge- „wonnen naar aanleiding van de in de Raadsvergadering „van 24 Juni j. 1. aangenomen motie van den heer „Cohen strekkende tot hervatting van de in Mei „j. 1. stopgezette steunverleening. „Uit dit rapport blijkt, dat naar de meening van „dien directeur op het oogenblik van een crisis in een „bedrijf niet kan worden gesproken. Het getal werk- zoekenden was geenszins groot. Voor steunverleening „zouden slechts enkele personen in aanmerking zijn te „brengen. De directeur acht een steunregeling misplaatst, „omdat van haar niet de arbeiders genieten voor wie „zij indertijd in het leven is geroepen, doch in hoofd- „zaak zij, wier arbeid steeds met onderbrekingen gepaard „gaat, die zich steeds op wisselvallige werkzaamheden „hebben toegelegd en absoluut niet zijn te controleeren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 691