722 1 AUGUSTUS 1924. De heer SPEYART VAN WOERDEN heeft in art. 2 van het huurcontract gelezen, dat geen stichting van een gebouw mag plaats hebben binnen een afstand van 2 M., gerekend vanaf de grens van het verhuurde. Het komt Spr. voor, dat die afstand van 2 M. alleen bedoeld zal zijn aan de zijde van het belastingkantoor, doch dan mag zulks wel uitdrukkelijk vermeld worden, daar die bepaling anders misschien moeilijkheden zou kunnen opleveren. De heer PELSTER zegt, dat het de bedoeling is, dat aan alle kanten van het verhuurde niet zal worden gebouwd binnen een afstand van 2 M., behalve dan een lage plantenkas. De zaak is echter uitvoerig besproken, zoodat zij geen moeilijkheden kan opleverenvan de stichting van een gebouw ter plaatse is natuurlijk geen sprake. De heer COHEN verklaart, dat hij nu tot zijn spijt tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders zal moeten stemmen om zooeven vermelde redenen. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt daarop in stemming gebracht en aangenomen met 13 tegen 4 stemmen. Voor: de heeren Pelster, Feber, Van Luijtelaar, Hornix, Elich, Kluft, Loomans, Bogmans, Moll, Appelboom, Van Groenendael, Van Sasse van Ysselt en Speyart van Woerden. Tegen: de heeren Korteweg, Cohen, Neve en Haaiman. De heer Schrauwen was bij deze stemming niet tegen woordig.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 722