732
1 AUGUSTUS 1924.
bepalen, dat van het constateeren van de overtreding on
middellijk kennis moet worden gegeven aan den kooper.
De VOORZITTER zegt, dat er tegen een zoodanige
aanvulling van art. 6 geen bezwaar bestaat.
Zonder verdere bedenkingen wordt daarop, met
inachtneming van de door den heer Speyart van
Woerden voorgestelde wijziging der algemeene
verkoopvoorwaarden, overeenkomstig het voorstel
van Burgemeester en Wethouders besloten.
38. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de verordening op de invordering van de plaat
selijke belasting op de honden.
De heer SPEYART VAN WOERDEN verzoekt aan
houding van dit punt tot de volgende vergadering. Spr. had
n. 1. een amendement op dit voorstel willen indienen, doch
hij heeft nog geen gelegenheid daarvoor gehad.
De VOORZITTER heeft er geen bezwaar tegen om het
verzoek van den heer Speyart in te willigen. Het zal de
zaak wellicht bespoedigen, wanneer de heer Speyart zijn
bedenkingen te voren onder de oogen van het College zou
willen brengen.
De heer SPEYART VAN WOERDEN zegt zulks toe.
Daarop wordt besloten de behandeling van dit
punt tot een volgende vergadering aan te houden.
39. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de verordening op de invordering van de plaat
selijke inkomstenbelasting en van de belasting op openbare
vermakelij kheden.