29 AUGUSTUS 1924.
„Ten einde hieraan tegemoet te komen, hebben wij de eer
„U in overweging te geven, de bestaande verordening
„(Gemeenteblad no. 158) in te trekken en deze opnieuw
„vast te stellen, zooals in ontwerp hierbij is overgelegd."
De VOORZITTER merkt op, dat het advies der Ge
zondheidscommissie over deze aangelegenheid nog niet is
ingekomen. Spr. zou echter, in verband met de urgentie van
deze zaak, willen voorstellen, conform het voorstel van
Burgemeester en Wethouders te besluiten, onder voorbehoud,
dat de Gezondheidscommissie daartegen geen bezwaar maakt.
De heer KORTEWEG heeft tegen dit voorstel geen
bezwaar, maar zou toch even willen vragen, of dit niet een
te kostbare geschiedenis voor de gemeente zal wordener
zal n. 1. een weg over het terrein moeten worden aangelegd.
De VOORZITTER acht zulks niet noodig.
Daarop wordt conform het voorstel van den
Voorzitter besloten.
18. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de verordening op de invordering van de plaat
selijke belasting op de honden (aangehouden in de vorige
vergadering).
De VOORZITTER merkt op, dat dit voorstel door
Burgemeester en Wethouders is gewijzigd overeenkomstig
een daarop door den heer Speyart van Woerden in
gediend amendement.
Zonder eenige bedenking wordt conform het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.