22 FEBRUARI 1924.
93
„te wijken en zijn daarin van meening, dat „wanneer zes
„firma's in staat gesteld worden in te schrijven voor een
„werk van middelmatige beteekenis, dit meer gelijkt op eene
„openbare dan op eene onderhandsche aanbesteding."
„Uit de ter kennisneming overgelegde aanbiedingen zal
„U blijken, dat de Machinefabriek „Breda" de beide ketels
„wenscht te leveren voor een bedrag van f 11450.
„Ofschoon deze aanbieding niet de laagste is zij ver
schilt daarmede f550.meenen wij toch, dat er in dit
„geval alle aanleiding voor bestaat, om de levering aan de
„Machinefabriek „Breda" op te dragen.
„De Machinefabriek „Breda" deed meermalen aan deze
„gemeente leveringen, welke steeds tot volkomen tevreden
heid werden uitgevoerd. Moge dit op zich zelf geen voldoende
„reden zijn om haar de leverantie te gunnen, het overigens
„vrij geringe prijsverschil kon ons niet bewegen aan de
„eenigszins goedkoopere offerte van den laagsten inschrijver
„de voorkeur te geven, wijl naar onze meening er bijzondere
„aanleiding is, in de tegenwoordige omstandigheden het werk
„op te dragen aan een firma hier ter plaatse.
„Daardoor toch wordt alsmede de bestrijding van de
„werkloosheid in deze gemeente bevorderd, afgezien van de
„voordeelen, die in ander opzicht voor de gemeente kunnen
„voortvloeien uit het bieden van redelijken steun aan de
„plaatselijke industrie.
„Wij hebben de eer U derhalve in overweging te geven
a. „toe te staan het noodige crediet voor de levering
„van twee stoomketels met appendages, de ketelbe-
„metseling, de stoomleidingen en pompen, benevens
„den schoorsteen en het rookkanaal, een en ander
„geraamd op f 28000.
b. „deze uitgaaf te bestrijden uit de opbrengst der on-
„langs gesloten leening ten laste der Gasfabriek en
c. „de levering van twee stoomketels onderhands aan te
„besteden aan de Machinefabriek „Breda" voor hare
„prijsaanbieding van f 11450.
