25 NOVEMBER 1924. 941 „is niet tot stand gekomen, doordat zij overbodig werd door „de oprichting van een electriciteitsbedrijf. „Op dien grond werd bij raadsbesluit van 28 April 1920 „(blz. 212 en volgende, gedrukte notulen van dat jaar), goed- gekeurd bij besluit van Gedeputeerde Staten dd. 9 Juni „1920, G. Nr. 261, besloten „de in 1915 geleende f 200.700. „(96 l/2 van 208.000.ter bestrijding der kosten van „de voorgenomen uitbreiding van de capaciteit der Gasfabriek, „thans als werkkapitaal aan het gasbedrijf uit te betalen". „Dit is geschied, doordat op 4 Juni 1920 aan de Gasfabriek „voor laatstgenoemde bestemming f 200.700.werd uitge keerd. „Door dit besluit werd het werkkapitaal van f 30.000. „verhoogd tot f 230.700. „Nu echter weer normale tijden zijn aangebroken en de „behoefte aan een zoo groot werkkapitaal niet meer bestaat, „is het juister dit kapitaal weer tot zijn oorspronkelijke „grootte van f 30.000terug te brengen, waardoor genoemde „f 200.700.— voor een ander doel beschikbaar komen. Waar „te zijner tijd voor verschillende openbare werken zal moeten „worden geleend, zou dit bedrag daarvoor kunnen worden „bestemd. Hierdoor blijft van genoemde leening ad f 376.000. „ten laste der Gasfabriek f 168.000.en komt ten laste van „den algemeenen dienst f208.000..De jaarlijksche aflossing „was vastgesteld op rond f 15.000.— (blz. 310 notulen 1915), „t. w. voor het gedeelte ad f 168.000.— f 6720.— en voor „het gedeelte ad f 208.000.f 8320.Deze bedragen „kunnen afgerond worden vastgesteld op f7000.— en f8000. „Op grond van het vorenstaande hebben wij de eer U „voor te stellen: a. „met wijziging van het raadsbesluit dd. 28 April 1920 „het werkkapitaal met ingang van 1 Januari 1925 te „brengen op f 30.000. b. „van het bij raadsbesluit dd. 10 December 1915 ten „behoeve der Gasfabriek geleende bedrag, nominaal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 941