25 NOVEMBER 1924.
963
lijn zou moeten kosten. Voorts is er 10 °/0 van f 43.000.
afgeschreven op de rijtuigen; het komt Spr. voor, dat 10°/o
daarvoor te weinig is. Spr. gelooft, dat, indien er een vol
ledige en nauwkeurige exploitatie-rekening ware overgelegd,
het dan voor den Raad gemakkelijker zou zijn geweest om
in deze te beslissen. Wanneer we heden het trambedrijf
opheffen, zitten we er nog vier maanden aan vast; Spr.
meent, dat in dien tijd nog voldoende gelegenheid bestaat
om onderhandelingen te voeren met autobusondernemingen,
ten einde een behoorlijk autobusbedrijf te verkrijgen, beter
dan het thans in exploitatie zijnde.
De heer MOLL, die den proefrit ook heeft medegemaakt,
zegt, dat deze 's morgens vroeg heeft plaats gehad, dus toen
er zich geen enkele verkeersbelemmering op den weg voor
deed. Spr. kan het optimisme van den heer Cohen dan ook
niet deelen en vraagt, of deze ook heeft gezien, dat de op
de exploitatie-rekening voorkomende post „Loonen personeel"
is gebaseerd op de tegenwoordige loonen. Wanneer men
nu echter in aanmerking neemt, dat die loonen indertijd zijn
gebaseerd op het fooienstelsel, dan is Spr. ervan overtuigd,
dat die post belangrijk verhoogd zal moeten worden.
Voorts zijn er nog enkele practisch onmogelijke posten,
zooals de post „onvoorzien", welke slechts op f 50.— is
geraamd, op een totaal aan uitgaven van f 84.000.Ook
mist Spr. een post voor aanschaffing van nieuwe rijtuigen.
Alles in dit voorstel geeft Spr. aanleiding tot pessimisme
hij zal er dan ook tegenstemmen.
De heer Appelboom heeft er op gewezen, dat wij nog
4 maanden den tijd hebben om onderhandelingen te voeren.
Spr. zou die 4 maanden niet meer willen laten rijden; wij
kunnen beter het bedrijf zoo spoedig mogelijk stop-zetten en
het personeel nog 6 maanden het volle loon uitbetalen, dan
sparen wij nog f 75.per dag uit.