U f f 25 NOVEMBER 1924. 965 de vol- emeenen te zijn andere Waar merking van den idiening. teweg. m zelve functie denktijd eer Ce- e vol- sedert ing, het penbaar. van een Als dit Dwel als ilijk niet ageniteit zien wij en wet- last zich mag ik twijfelt, thouder, net ernst teweg samen? van zijn ambt niet op weg over te slaan naar onbezonnenheid Heeft hij zich afgevraagd wat de Raad, wat de burgerij van dit eerste optreden zal zeggen? Ik wil er wel dit van zeggenDat de Gemeentewet een College belastte met de uitvoering der raadsbesluiten, met de behoorlijke voorbereiding van al hetgeen in den Raad ter overweging en beslissing moet worden gebracht en dat wil een College goed werk verrichten noodig is bij alle leden begrip van samenwerking, eerbied voor elkanders inzichten, vatbaarheid voor overreding en een ernstig streven om alles te voorkomen wat de samenwerking schaden zou. Ik maak er den heer Korteweg geen groot verwijt van. Men moet alles leeren, ook wethouder, ook lid van een college te zijn. Ik zie in het gebeurde vóór alles een naar buiten blijken van den ijver, van de energie, van de door tastendheid, waarmede hij zijn ambt heeft aanvaard. Maar de heer Korteweg hange boven zijn werktafel: „In der Beschrankung zeigt sich der Meister". Hij legge zich zelfbeperking, zelfbeheersching op en alles zal goed gaan. Wat de tramquaestie betreft, ik heb daarover in April reeds veel gezegd; ik kan thans kort zijn, daarbij het door Burgemeester en Wethouders in hun prae-advies gegeven voorbeeld volgend. Zij hebben geen gedocumenteerd prae-advies gegeven. Een kort oogenblik heb ik mij daarover verbaasd, doch toen begrepen, dat Burgemeester en Wethouders daarmede wel sprekend zijn geweest en te kennen hebben gegeven vast overtuigd te zijn, dat het voorstel van den heer Korteweg niet zou worden aanvaard. In vier jaar tijd is op de exploitatie van het Trambedrijf verloren f 66.000.de schulden overtreffen bovendien de bezittingen met f 60.000.totaal verlies f 126.000.De heer Korteweg wil nu nog f 43.000.in het bedrijf steken. Van de f 126.000.zijn de f 66.000.in den loop der jaren niet geheel door Breda gedragen, ook Ginneken

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 965