998 23 DECEMBER 1925. De heer VAN HATTEM verzoekt dit rapport ter lezing te leggen voor de raadsleden. De VOORZITTER zegt, dat aan het verzoek van den heer Van Hattem zal worden voldaan. De afdoening van deze zaak zal dan tot een volgende vergadering moeten worden aangehouden. Daartoe wordt besloten. De punten 25, 26 en 27 zijn reeds behandeld in de ver gadering van 22 December j. 1. 28. Vragen van het raadslid J. N. K r o o n e, in zake het functioneeren van den Gemeentelijken Autobusdienst, met antwoord van den Burgemeester luidende als volgt: „Naar aanleiding van de vragen van het lid van den „Raad, den heer K r o o n e, gericht tot den Voorzitter van „den Gemeenteraad, moge in overleg met het College van „Burgemeester en Wethouders het volgende worden op gemerkt. „Naar ingewonnen inlichtingen functioneert de autobus- „dienst van de Monopol Automobiel Import Maatschappij „over het algemeen regelmatig. Van het Station werd en „wordt tijdig vertrokkeneene controle, als door den heer „K r o o n e te dien aanzien bedoeld, werd reeds uitgeoefend. „Dat „het publiek grooten last ondervindt'' is niet gebleken. „Wel het omgekeerde. „Natuurlijk wil het vorenstaande niet zeggen, dat door „de Directie steeds kan worden ingestaan voor voorkoming „van elke stagnatie. Dat tijdens den zwaren sneeuwval en „diens naweeën wel over tijd werd gereden, wordt ook door „de Directie niet ontkend; de enge passage op vele wegen, „gevolg van de ophooging van sneeuw, verlangzaamde uit „den aard der zaak den gang der bussen, die vaak gebonden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 998