1064 29 DECEMBER 1925. woord onverantwoordelijk. Spr. is ervan overtuigd, dat er met eenigen goeden wil wel een beter terrein te vinden is, b.v. een strook van de Gedempte Vest tot „de Blauwe Kei". De VOORZITTER Dat is Princenhaagsch grondgebied. De heer MEIJVIS zegt, dat dit geen bezwaar kan zijn Princenhage heeft zich indertijd ook niet tegen demping van de Vest verzet. Sommigen zijn van meening, dat men bet den woonwagenbewoners zoo onaangenaam mogelijk moet maken, daar er anders te veel naar Breda zullen komen. Spr. is evenwel van oordeel, dat die menschen in het genot moeten worden gesteld van de rechten, welke de Woon- wagenwet hun toekent. Ook moet men niet vergeten, dat zij 25 ct. per dag moeten betalen voor een standplaats. Er moet dan ook zoo spoedig mogelijk verandering komen in den huidigen toestand. Men mag die menschen niet ten koste van grenswijziging in modder en drek laten omkomenop die manier verplaatst men de woonwagen-misère niet naar buiten, maar naar particuliere terreinen. Aan den Sluissingel b.v. staan reeds eenige woonwagens op particulier terrein. Spr. vraagt, wat tegen dit euvel te doen is. De VOORZITTER is het met den heer M e ij v i s eens, dat de toestand, waarin het woonwagenkamp zich bevindt zeer veel te wenschen overlaat, maar er is moeilijk een ander terrein daarvoor te vinden. De heer M e ij vis- zou een woonwagenkamp willen inrichten op een gedeelte van de Gedempte Vest. In de eerste plaats vraagt Spr. zich af, of dat niet een geweldige modderpoel zal worden; in de tweede plaats is het Princenhaagsch grondgebied en in de derde plaats is bedoeld terrein in de onmiddellijke nabijheid van de mestvaalt gelegen. Een en ander geeft Spr. aanlei ding om te meenen, dat uitvoering van het denkbeeld van den heer M e ij v i s geen betere oplossing van het vraagstuk zou brengen. Er is hier inderdaad geen betere plaats voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 1064