1076
29 DECEMBER 1925.
Spr. op, dat de uitkomsten in Tilburg met een dergelijke
inrichting verkregen, iemand als de heer Z ij I m a n s, die
steeds in bezuinigende richting streeft, tot groote voorzich
tigheid moeten manen.
De heer ZIJLMANS betuigt zijn dank voor de verkregen
inlichtingen. Gaarne zou hij vernemen, wat Burgemeester
en Wethouders in hun Memorie van Antwoord bedoelen
met „demping" van de grenssloot langs de Loopschans. Is
dit algeheele aanvulling of rioleering?
Is het juist, dat het gemeentebestuur van Teteringen geheele
of gedeeltelijke vergoeding van een rioleering van de grens
sloot heeft aangeboden en, zoo ja, waarom is op dit aanbod
niet ingegaan?
De heer PELSTER spijt het, dat de heer Z ij 1 m a n s
de tweede vraag niet in de afdeeling gedaan heeft. Nu kan
Spr. daarop niet antwoorden. Hij zal zich van de zaak op
de hoogte stellen. Voorts zegt Spr., dat er daar ter plaatse
eigenlijk twee slooten zijn. De sloot, welke aan den overkant
van den weg ligt, kan niet gedempt worden; die, welke
aan deze zijde van den weg loopt, kan geleidelijk worden
gedempt naarmate de aanliggende terreinen opgehoogd
worden. Er is trouwens al een gedeelte van deze sloot gedempt.
De heer ZIJLMANS dankt den heer P e 1 s t e r voor
diens inlichtingen. Spr. wil er echter de aandacht op vestigen,
dat men met demping van slooten, welke tot afwatering
dienen, zonder rioleering daarin aan te brengen, zeer voor
zichtig moet zijn. Ten slotte spreekt hij de hoop uit, dat
Burgemeester en Wethouders den raadsleden alsnog een
volledig inzicht in deze zaak zullen geven.
De heer MEIJVIS verklaart, met betrekking tot de op
richting van een volksbadhuis, in het particulier initiatief
niet zooveel vertrouwen te hebben, gezien hetgeen hier op