1092 29 DECEMBER 1925. De heer MOLLMaar, als een voorstel in de commissie geen steun vindt, dan is de zaak daarmede afgedaan. De VOORZITTERDe heer Kooperberg zou zich dan tot Burgemeester en Wethouders kunnen wenden. De heer KOOPERBERG: Dat zal ik voortaan doen. De heer ZIJLMANS: Bij art. 8 van de raming der uit gaven heeft het mijn aandacht getrokken, dat voor fourage en ligstroo der paarden blijkens de gespecificeerde toelichting f 5230.werd geraamd. „Is door de Commissie tot f 4500.verminderd," staat naast dit bedrag. Hoe is de Commissie daartoe gekomen Opruimen van sneeuw is geraamd op f 600,wat op grond der ondervinding van eenige weken geleden veel te weinig is, ook met het oog op de uitgaven in voorgaande jaren. Ik stel voor om dezen post met f 2000,—te verhoogen, omdat ik meen, dat dan de kosten van de laatste sneeuw- ruiming worden benaderd. De heer MOLL zegt, dat er wel meer posten zullen zijn, welke er min of meer naast zijn geraamd. De begrooting voor de gemeente-reiniging is echter evenals alle andere zeer serieus opgemaakt. Overwogen wordt een z. g. sneeuw ploeg op te richten. De heer ZIJLMANS vreest toch, dat het sneeuwruimen meer zal kosten dan f 600,—. Dit jaar heeft het wel f 3000,gekost. De heer MOLLDit jaar is de sneeuwval abnormaal geweest. De practijk van de laatste jaren heeft uitgemaakt, dat f 600 voldoende is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 1092