1110 30 DECEMBER 1925. van ouders, die voor hun kinderen openbaar voorbereidend lager onderwijs wenschen, dat ieder voorstander van bijzon der onderwijs de billijkheid van tegemoetkoming aan dat verzoek zou moeten inzien. Men had zich op de indiening van deze motie kunnen voorbereiden, want de zaak is wel degelijk in de afdeelingen besproken, zoodat men zich op de indiening van deze motie had kunnen voorbereiden; een verontschul diging van dien aard kan dus niet worden aanvaard. De Voorzitter heeft er op gewezen, dat Spr.'s voorstel indertijd niet op principieele gronden is afgewezen, maar alleen uit een oogpunt van de hooge kosten, welke allicht een 8000 gulden zouden bedragen. Dit valt Spr. echter f 72.000 mee, want Wethouder K o r t e w e g heeft nog gisteren beweerd, dat het invoeren van openbaar bewaarschool-onderwijs f 80.000 zou kosten. Zulks geeft Spr. aanleiding te veron derstellen, dat de kosten bij nadere berekening nog wel meer zullen meevallen. Doch ongeacht de kosten is hij van oordeel, dat er openbaar bewaarschool-onderwijs moet komen in deze gemeente. Spr. heeft geen bezwaar tegen het uitbrengen van prae-advies over deze motie, doch dit prae-advies zal onge twijfeld hetzelfde luiden als dat van de vorige maal. Spr. heeft dien keer al op het rechtsgevoel van zijn medeleden gewerkt hij behoeft dit dus thans niet te doen. Hij wil over deze zaak nog dit zeggen, dat het hem beter voorkomt geen motie in te dienen, doch een concreet voorstel te doen tot het uittrekken van een post, ten einde Burgemeester en Wethouders te noodzaken de zaak ter hand te nemen. Hoe zou de heer K r o o n e zich gevoelen als hij zijn kind naar een school van andersdenkenden moest sturen? Het bewaar- schoolonderwijs is van bijzonder groote beteekenis, omdat het de eerste vorming van het kind geldt. Spr. stelt voor, op de begrooting een memorie-post uit te trekken voor het instellen van openbaar voorbereidend lager onderwijs. De VOORZITTER zegt, dat het geen zin heeft, de motie-Van Werkhooven naar Burgemeester en Wet-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 1110