1114 30 DECEMBER 1925. zondere bewaarscholen recht op een zelfde vergoeding per leerling. Hieruit valt af te leiden, dat de kosten dan f 80.000 zullen bedragen. De heer SCHRAUWEN verklaart, dat hij geen bezwaar heeft tegen het uittrekken van een memoriepost op de be grooting, maar hij is niet voor de oprichting van een bewaarschool door de gemeente. Spr. zou in deze het par ticulier initiatief willen steunen. Hij roept den voorstanders van het openbaar voorbereidend lager onderwijs dan ook toe: Doet evenals indertijd de bijzondere scholen hebben gedaan en richt zelf een bewaarschool op. Gij kunt toch een vereeniging stichten om te trachten een stamkapitaal bijeen te brengen. De VOORZITTER vreest, dat men hier reeds anderhalf uur lang een vruchteloos debat voert. Indien het voorstel- Haaiman tot het uittrekken van een memorie-post mocht worden aangenomen, dan is daarmede nog niets geschied, want dan krijgt men later opnieuw een debat over dezelfde zaak. Om de debatten dan ook niet te rekken heeft Spr. zich bij de beantwoording van de verschillende Sprekers beperkt en de zaak niet a fond behandeld. Om dezelfde reden verzoekt hij den heer Haaiman zijn voorstel niet te handhaven. De heer HAALMAN kan aan het verzoek van den Voorzitter niet voldoen. Spr. gelooft niet, dat het standpunt, door den heer Appelboom in deze ingenomen, n. 1. over te gaan tot neuzentelling, juist is; in het vervolg zou dat aanleiding geven tot verschillende onaangenaamheden. Spr. kan daarom geen aanleiding vinden tot aanhouding van zijn voorstel; men kon weten, dat iets dergelijks in behandeling zou komen. De Voorzitter heeft trouwens vroeger al gezegd, dat het beter is dergelijke zaken bij de begrooting te be handelen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 1114