26 FEBRUARI 1925. 113 De heer APPELBOOM gelooft, dat de heer Kooperberg hem verkeerd begrepen heeft. Tot dusver geschiedde het op prolongatie zetten alleen, wanneer er in belangrijke mate overvloedig kasgeld was. Spr.'s bedoeling is nu, het gewone kasgeld op rekening-courant te brengen tegen de gewone rente van 2 a 2'/;°/o, voor opzegging met één dag, en daarnaast voor belangrijke bedragen het uitzetten op pro longatie te behouden, indien deze laatste wijze van belegging althans voordeeliger mocht zijn. De heer PELSTER verklaart, de vraag van den heer Appelboom thans moeilijk te kunnen beantwoorden. Het uitzetten op prolongatie geschiedt krachtens een raadsbesluit. Er zal echter nagegaan worden, of het denkbeeld van den heer Appelboom voor uitvoering vatbaar is. De heer KOOPERBERG wenscht Burgemeester en Wet houders geluk met het gunstig resultaat van deze leening. Zonder verdere bedenkingen wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het rooien van een tweetal boomen in verband met het maken van een trottoir langs beide zijden van het plantsoen, gelegen aan het einde van de Spoorstraat en den Academiesingel, nabij het terrein van de groentenveiling. De heer COHEN heeft geen bezwaar tegen dit voorstel, doch wenscht deze gelegenheid te benutten om nog eens te wijzen op het gevaar, welke het rijverkeer door de Diest- straat oplevert, zoolang zij aan twee zijden mag worden ingereden. Sinds de laatste maal, dat hij in den Raad daarop de aandacht heeft gevestigd, is er nog steeds geen verbetering in den toestand gebracht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 113