124
26 FEBRUARI 1925.
werkloozen, hetgeen een bezuiniging voor de gemeente geeft,
welke men niet moet onderschatten. Voor de consequenties
behoeft men niet zoo bevreesd te zijn, daar er niet vele
kermis-exploitanten in Breda wonen. Spr. wenscht ten opzichte
van deze ingezetenen hetzelfde standpunt in te nemen als
het gemeentebestuur van Utrecht.
De heer ZIJLMANS wil er, naar aanleiding van de op
merking van den Voorzitter, even op wijzen, dat openbare
aanbesteding en publieke verpachting niet hetzelfde is. Ook
is Spr. weieens van zijn voorkeur voor openbare aanbesteding
teruggekomen en heeft hij zich, waar het steunverleening
aan werkloozen gold, bij onderhandsche opdrachten neerge
legd.
De heer MOLL doet het voorstel, gunstig op het verzoek
van J. van Leeuwen c. s. te beschikken.
Het voorstel-M o 11 wordt daarop in stemming
gebracht en aangenomen met 17 tegen 3 stemmen.
Voor: de heeren Kooperberg, Korteweg, Moll,
Neve, Schlaghecke, Schrauwen, Appelboom,
Zijlmans, Elich, Van Werkhooven, Cerutti, Loo-
mans, Bogmans, VanGroenendael, Hornix, Cohen
en Haaiman.
Tegen: de heeren Pelster, Van Sasse van Ysselt
en Speyart van Woerden.
17. Nader prae-advies van Burgemeester en Wethouders,
op het adres van directeur en leeraren der Ambachtsschool,
verzoekende teruggaaf van gestorte pensioensbijdragen over
1920 (aangehouden in een vorige vergadering), luidende als
volgt
„In Uwe vergadering van 24 Juni 1924 kwam ter tafel