128
26 FEBRUARI 1925.
de N. V. Stoombootreederij voorheen J. en A. van der
Sch u ij t, tegen den huurprijs van f 1500.— en f 850.per jaar.
De VOORZITTER zegt, dat de verhuring zal ingaan
op 15 April a. s".
De heer SPEYART VAN WOERDEN wenscht den
termijn van verhuring in plaats van 10, op 5 jaren te stellen.
Spr. vindt 10 jaren een te lang tijdsbestek om zich te binden.
De heer HAALMAN merkt op, dat de huur tusschentijds
kan worden opgezegd.
De heer PELSTER antwoordt den heer Speyart van
Woerden, dat door adressanten uitdrukkelijk is verzocht,
den loswal ditmaal voor 10 jaren te mogen huren in verband
met de zekerheid voor hun bedrijf en inrichtingeen kortere
termijn zou voor hen nadeelig zijn.
De heer SPEYART VAN WOERDEN heeft daartegen
bezwaar. Spr. is in het algemeen niet voor lange huurter
mijnen. Men geeft voor 10 jaar de beschikking over een
gedeelte van den loswal uit handen, terwijl de huurprijs
gedurende dien tijd niet voor wijziging vatbaar is. In dit
verband wijst Spr. erop, dat de huurprijzen in de laatste
jaren buitengewoon zijn opgeloopen, zoodat degenen, die
toen op langen termijn verhuurd hadden, zeer veel schade
hebben geleden.
De door den heer P e 1 s t e r bedoelde zekerheid acht Spr.
voor stoomvaartmaatschappijen niet noodig.
De VOORZITTER zegt, dat al hetgeen de heer Speyart
tegen den termijn van 10 jaren heeft aangevoerd, ook kan
worden omgekeerd. De lange duur van dien termijn kan
zoowel voor- als nadeelig voor de gemeente zijn. Een der
gelijke verhuring draagt altijd een eenigszins speculatief karakter.