142
26 FEBRUARI 1925.
Bouwcommissie besproken; zij is echter tegengevallen. Er
is evenwel geen sprake van een nieuwe Ambachtsschool
er zal aan den buitenkant van de verbeteringswerken niet
zoo heel veel te zien zijn.
De heer ZIJLMANS zegt, dat hij niet heeft gesproken
over een nieuwe Ambachtsschool. Het had z. i. wel aanbe
veling verdiend de Bouwcommissie over dit voorstel te
hoorendat zulks eerst later zal gebeuren, wanneer de plannen
gereed zijn, noemt Spr. het paard achter den wagen spannen.
Doch afgezien daarvan heeft de Raad geen gegevens om
de zaak te beoordeelener is b. v. geen behoorlijke begrooting
overgelegd. Spr. wenscht dit voorstel naar Burgemeester en
Wethouders te renvoyeeren, met verzoek een behoorlijke
begrooting op te maken, en inmiddels de verdere behandeling
ervan aan te houden.
De VOORZITTER verklaart nadrukkelijk, dat het van
groot belang is, dat de herstellingswerken vóór Augustus
gereed zijn; de zaak kan dus geen uitstel lijden. Wat den
bouw zelf betreft, daarover zal de commissie worden gehoord,
doch met den flnancieelen kant van de zaak heeft zij niet
direct te maken. Wanneer het Rijk de financieele zijde van
de kwestie behoorlijk heeft bekeken en daartegen geen be
zwaar heeft, behoeft de Raad niet bang te zijn.
De heer ZIJLMANS: Wanneer den Raad geen nadere
gegevens kunnen worden verstrekt, dan kan ik mijn stem
aan dit voorstel niet geven.
Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu conform
het voorstel van Burgemeester en Wethouders be
sloten.