b. dat op de overblijvende open ruimte niets worde gebouwd of opgericht d. dat ter voldoening aan art. 5 der Woningwet, de noodige teekeningen, ingericht volgens art. 105 der Bouwverordening, aan Burgemeester en Wethouders ter goedkeuring worden aan geboden 2 APRIL 1925. 163 Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan adressant de gevraagde ontheffing te verleenen onder de volgende voor waarden a. dat geen verandering worde gebracht in de grenzen van het perceel; c. dat de te bouwen schuur niet van bestemming verandere en nimmer geheel of gedeeltelijk als woning worde ingericht of gebruikt; e. dat, wanneer binnen drie maanden na de dagteekening van dit besluit van de verleende ontheffing geen gebruik is gemaakt, deze ge acht wordt niet te zijn verleend en onder bepaling, dat bij niet-nakoming van een dezer voorwaarden de verleende uitzon dering vervalt. 18. Adres van W. P. J. Knibbeler, daarbij ontheffing verzoekende van art. 15 der Bouwverordening, ten behoeve van den uitbouw van een gedeelte eener keuken, van een kantoortje en een privaat van de woning aan de Ceres- straat no. 3. Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de Gezond heidscommissie en den Adjunct-directeur van Openbare Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wet houders, om de gevraagde uitzondering toe te staan. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan adressant de gevraagde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 163