172
2 APRIL 1925.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking
hebbende, wordt besloten aan adressant de gevraagde
ontheffing te verleenen onder de volgende voor
waarden
a. dat geen verandering worde gebracht in de
grenzen van het perceel;
b. dat de opgaande achtergevel der woon- en
slaapkamer op geen korteren afstand dan 2
M. van de achtergrens mag worden opge
trokken
c. dat in den achtergevel der keuken en slaap
kamer geen lichtramen mogen aanwezig zijn;
d. dat aan de achterzijde van het platdak achter
de woonkamer een stevige ondoorzichtige
afscheiding moet worden gemaakt van geen
mindere hoogte dan 1.80 M. boven voor
noemd plat dak;
e. dat het gebouw niet van bestemming verandere
dat, ter voldoening aan art. 5 der Woningwet
de vereischte teekeningen, ingericht volgens
art. 105 der Bouwverordening en overeen
komstig bovengestelde voorwaarden, aan Bur
gemeester en Wethouders ter goedkeuring
worden aangeboden
g. dat, wanneer binnen zes maanden na de dag-
teekening van dit besluit, van de verleende
uitzondering geen gebruik is gemaakt, deze
geacht wordt niet te zijn verleend;
en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van
een dezer voorwaarden, de verleende uitzon
dering vervalt.
22. Interpellatie van het raadslid P. Haaiman, in zake
den verkoop van gascokes en de wijze, waarop daarbij
de commissie van bijstand voor de bedrijven is genegeerd.