258
21 APRIL 1925.
toegeeft, dat het index-cijfer sedert verleden jaar opgeloopen
is. De heer Appelboom beweert evenwel, dat het hierbij
gaat om de vraag, of het index-cijfer is gedaald sinds het
tijdstip, waarop de tegenwoordige loonen zijn vastgesteld.
Dit nu heett eerst plaats gehad in 1921, dus toen het index
cijfer reeds dalende was men had n. 1. tot zoolang ge
traineerd met de herziening der loonregeling. Er is toen
echter met die daling wel degelijk rekening gehouden. Voorts
zegt Spr., dat men bij vergelijking van de loonen van het
gemeente-personeel met die, welke in het particuliere bedrijf
gegeven worden, niet alleen dat gedeelte van het particuliere
bedrijf in aanmerking moet nemen, waar men zooveel mo
gelijk profiteert van de heerschende werkloosheid, maar op
een goed geordend bedrijf, zooals b. v. het typografisch
bedrijf. De loonen in laatstgenoemd bedrijf steken ver uit
boven die van het gemeente-personeel hier ter stede. Trou
wens in Breda is te dien aanzien steeds de grootst mogelijke
voorzichtigheid betracht.
De heer Cohen heeft beweerd, dat Spr. de ontwerp-
steunregeling heeft ingetrokken, omdat hij niet anders kon,
maar dat hij er innerlijk wel anders over denkt. Spr. stelt
er prijs op hier openlijk te verklaren, dat hij zulks geheel
vrijwillig heeft gedaan, omdat hij op het standpunt staat:
liever werk verschaffen dan geldelijken steun verleenen. De
heer Cohen echter gaat van het standpunt uit, dat er een
permanente steunregeling dient te zijn voor een eventueele
plotselinge crisis. Spr. kan die meening niet onderschrijven;
het behoort z. i. alleen in buitengewone omstandigheden tot
de taak der Overheid om de werkloozen financieel te steunen.
De heer Cohen heeft voorts opgemerkt, dat er toch nog
een steunregeling is en heeft in verband daarmede de vraag
gesteld: Wordt daaraan niet de hand gehouden? Bedoelde
steunregeling bestaat inderdaad nog, doch zij is niet meer
voor uitvoering vatbaar, omdat zij is gebaseerd op crisis
werkloosheid. Spr. noemt eenige cijfers met betrekking tot
den huidigen stand der werkloosheid en zegt, dat, als de