274
21 APRIL 1925.
De VOORZITTERHet geschiedt volgens de begrotings
voorschriftenwij kunnen daarvan niet afwijken.
De heer SPEYART VAN WOERDEN: Verleden iaar
is wèl een specificatie opgenomen in de begrooting.
De heer PELSTERMaar daarop is dan ook aanmerking
gemaakt; de posten mogen niet gespecificeerd worden op
genomen.
De heer SPEYART VAN WOERDEN verzoekt dan
het volgend jaar bij de begrooting onmiddellijk een gespe
cificeerde opgaaf over te leggen.
De VOORZITTER zegt dit toe.
Niemand der leden verder eenige bedenking
hebbende, wordt de begrooting der Gasfabriek
z. h. s. goedgekeurd.
c. Waterleiding.
De heer BOGMANS, van wien in het Centraal Rapport
een opmerking voorkomt over den prijs van het water,
wordt in het Antwoord van Burgemeester en Wethouders
verwezen naar de behandeling dezer aangelegenheid in 1922.
Spr. wijst er op, dat men het toen echter niet eens is ge
worden. Hij blijft een kwantum van 10 M3. uit een hygiënisch
oogpunt niet voldoende vinden. Het is z. i. een zeer ver
keerde bezuiniging en hij dringt er dan ook op aan, dat het
kwantum op 12 Ms. wordt gebracht.
De VOORZITTER is van oordeel, dat de prijs niet te
hoog is. Burgemeester en Wethouders hebben den heer
Bog mans naar de behandeling dezer aangelegenheid in
1922 verwezen, omdat er toen een zeer breedvoerig debat