326
23 APRIL 1925.
Van den Broek, wel waren er stemmen tegen aanwijzing
van den heer Van Wieringhen Borski opgegaan.
De heer APPELBOOMWist U dan niet, dat de heer
Feber met den heer Van Wieringhen Borski naar
Helmond is geweest om met den heer Van den Broek
te confereeren over den ombouw van den tramwagen
Het College kon dan toch weten, dat de heer Van
den Broek de ontwerper van den omgebouwden wagen was
De VOORZITTER: Als het College had geweten, dat
men gegrond bezwaar had tegen de aanwijzing van den
heer Van den Broek, dan zou het hem niet benoemd
hebben. Naar het inzicht van het College stond de heer
Van den Broek geheel vrij tegenover de zaak en dit is
nog de opinie.
De heer APPELBOOMMaar, waarom is mijn raad
niet gevolgd?
De VOORZITTER: Ik kan de reden daarvan niet op
geven; het is al twee jaren geleden.
Alsnu wordt besloten de verdere behandeling van
dit voorstel aan te houden totdat het onderzoek van
de rekening van het tijdelijk Trambedrijf over 1924
heeft plaats gehad.
De heer APPELBOOM vraagt, hoe het thans met de
boekhouding van het Trambedrijf staat.
De VOORZITTER deelt mede, dat de heer Smeulders
onder overlegging van een geneeskundige verklaring heeft
bericht verplicht te zijn voor de benoeming te bedanken,
daarbij zijn leedwezen betuigende, dat hij niet eerder daarvan
kennis heeft gegeven. Het lag toen voor de hand, dat het
College den anderen persoon van de voordracht, die eveneens
verscheidene stemmen van den Raad had, heeft aangesteld