384
22 MEI 1925.
Spr. geen antwoord gekregen op zijn vraagvan welk
materiaal de beschoeiing zal worden gemaakt. Spr. is het
niet met den heer P e 1 s t e r eens, dat een keiweg van
5 M. te smal zou zijn. Hij is integendeel van oordeel, dat
een verharding van den weg over een breedte van 8 M.
geld weggooien zou zijn; wordt zij op 5 M. teruggebracht,
dan zal dit een aanmerkelijke besparing geven. Spr. zegt
verder te gelooven, dat er toch nog genoeg werken zullen
overblijven, welke door de gemeente uitgevoerd zullen moeten
worden, zoodat het wel de moeite waard zal zijn daarvan
bestek en teekeningen aan den Raad over te leggen. Spr.
herhaalt, dat de toelichting van dit voorstel buitengewoon
sober is. Hij dringt er op aan, in het vervolg bij dergelijke
belangrijke voorstellen een duidelijke toelichting te voegen.
De VOORZITTER Mankeeren er dan nog toelichtingen
De heer ZIJLMANS zou alsnog een uitgewerkte, ge
detailleerde begrooting bij dit voorstel wenschen te zien
overgelegd en zijn vragen nader onder de oogen willen
zien genomen.
De VOORZITTER: Ik ben nog niet aan het woord
geweest.
De heer ZIJLMANS wenscht een opgaaf van de werken,
die door de gemeente moeten worden uitgevoerd, anders
ziet hij zich genoodzaakt zijn stem aan dit voorstel te ont
houden.
De heer KORTEWEG deelt mede, dat de werken geheel
en al op het terrein van de Nederlandsche Spoorwegen
zullen plaats hebben. Deze voeren die werken ook zelf uit.
De gemeente heeft alleen de kosten te betalen. Spr. kan de
verzekering geven, dat de te maken toegangsweg in de
toekomst blijft, zooals hij nu zal worden aangelegd.
De VOORZITTER heeft den indruk gekregen, dat de
sterkte van de uitdrukkingen door den heer Z ij 1 m a n s