412
22 MEI 1925.
Burgemeester en Wethouders, door den Raad te laten be
palen. Spr. moet zulks ten sterkste ontraden, daar de Raad
zich daarmede een groote moeilijkheid op den hals kan halen.
De heer HAALMAN heeft geen bezwaar zijn amende
ment terug te nemen. Spr. legt er den nadruk op, dat dit
niets met de gunning heeft uit te staandeze wenscht hij
bij den Raad te laten.
Het artikel wordt daarop ongewijzigd goedgekeurd
en vastgesteld.
ürtikel 16.
De VOORZITTER zegt, dat het College bij nadere
overweging den duur van de overeenkomst op ten minste
vijf en ten hoogste acht jaren wenscht te bepalen. Voor
groote, kostbare bussen kan een langere termijn dan vijf
jaar gewenscht zijn. Men moet in deze dus eenige soepelheid
hebben, derhalve komt het Spr. het beste voor, thans geen
termijn te bepalen. In het definitieve contract komt een vast
aantal jaren van 5 tot 8 te staan, nadat te dien opzichte
met den ondernemer overleg zal zijn gepleegd.
De heer HAALMAN, die een amendement had ingediend,
om den termijn op tien jaren te stellen, neemt dat terug.
Het artikel wordt daarop met inachtneming van
den door den Voorzitter aangegeven wijziging goed
gekeurd en vastgesteld.
De heer HAALMAN geeft in overweging, thans te be
sluiten, dat de Raad zal beslissen over de gunning.
De VOORZITTER is van oordeel, dat de Raad zich
die bevoegdheid niet moet voorbehouden, aangezien men