424 22 MEI 1925. „zou moeten opbrengen f 563.000.f 532.500.of „f 30.500.-. „Het is echter wel te verwachten, dat de bruto-opbrengst „van 1925-26 minder zal zijn dan de bruto-opbrengst van „1924-25. „Neemt men nu aan, dat de mindere opbrengst 5 °/0 zal „bedragen, dus 5 °/u van f 623.000.— of f 31.150. dan „zou de netto-opbrengst zijnf 623.000— f 31.150— of591.850— „verminderd met kwade posten ad 60.000. dus f 531.850— „Dit bedrag verschilt met het bedrag van f 532.500—, „dat opgebracht zou moeten worden slechts f 650. „Op grond van dit alles stellen wij U voor, den verme- „nigvuldigingsfactor voor het belastingjaar 1925-26 vast te „stellen op 0.9." Zonder eenige bedenking wordt daartoe besloten. 28. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij ziging en aanvulling van de Bouwverordening voor deze gemeente. Wordt besloten de behandeling van dit voorstel aan te houden tot de volgende vergadering. 29. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij ziging van de verordening tot regeling van de jaarwedden van rector, leeraren, concierge en amanuensis aan het Gym nasium. Wordt besloten de behandeling van dit voorstel aan te houden tot de volgende vergadering. 30. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om het Rijksbureau voor drinkwatervoorziening uit te noodigen naar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 424