492 29 JUNI 1925. „In de rekening worden verder de volgende bedragen „aangetroffen voor vervoer van den Directeur (vermoedelijk „van de commissie-vergaderingen naar zijn woning): „Het wil der Commissie voorkomen, dat deze uitgaven „niet ten laste der gemeente dienen te komen, daar de na- „deelen van het feit, dat de Directeur als gemeenteambtenaar „ver van de gemeente woont, door dien ambtenaar zelf „dienen gedragen te worden. „De Commissie wenscht zich te onthouden van het geven „van advies betreffende het al of niet goedkeuren der reke ning, maar wil dit verder aan het oordeel van den Raad „overlaten." De heer KORTEWEG zegt, dat het inderdaad waar is, dat voor den aankoop van rails enz. geen opdracht is ge geven door den Raad. Doch zulks behoeft geen verwonde ring te baren, wanneer men daarbij in aanmerking neemt, dat de Raad in December 1923 een crediet had verleend voor den ombouw van een tramwagen en het maken van een lus op het Stationsplein. Daarin lag immers opgesloten, dat er iets moest gebeuren. De toenmalige wethouder, de heer F e b e r, is toen met vuur doorgegaan en heeft, toen zich een voordeelige gelegenheid voordeed, de bewuste rails aangekocht. Het gebeurde is dus aan voortvarendheid te wijten. De hooge bedragen, welke aan arbeidsloonen zijn uitgegeven, vinden hun oorzaak in het op mal brengen van de lijn, hetgeen noodzakelijk was om de proef te kunnen 3 Januari f 5.90 3.75 3.50 3.50 5.00 3.50 3.50 21 Februari 17 Maart 14 April 1 Juni 1 September Totaal f 28.65

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 492