29 JUNI 1925.
521
zooeven een lans heeft gebroken voor steunverleening aan
ongeorganiseerden
De heer COHEN protesteert tegen die bewering.
De heer SCHRAUWENU heeft toch gezegd, dat zij
geholpen moesten worden. Spr. is echter van meening, dat
arbeiders, die in de gelegenheid zijn om aan een werkloozen-
kas bij te dragen, doch zulks niet wenschen te doen, ook
niet voor steunverleening in aanmerking kunnen komen. Hij
gelooft dan ook niet, dat het adres serieus bedoeld is; het
is blijkbaar ingediend met het oog op de a. s. verkiezingen
voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De VOORZITTER merkt op, dat het debat een ver
keerde richting verkrijgt, wanneer men omtrent de bedoeling
van de indiening van adressen veronderstellingen als deze
gaat maken.
De heer NEVE: Wij zijn er voor om arbeiders, die nog
niet hebben leeren inzien, dat zij zich moeten organiseeren,
ook te helpen.
De heer CERUTTI wijst er op, dat tengevolge van het
feit, dat het heden (Maandag) een R. K. heiligedag is, waarop
de gemeentewerklieden vrijaf hebben, de straten sedert 2 x/2
dag niet gereinigd zijn geworden. Spr. zou in overweging
willen geven, op dergelijke dagen de werkloozen aan het
werk te zetten.
De VOORZITTER zegt, dat het desbetreffende raads
besluit tegen den wil van Burgemeester en Wethouders is
genomen. Uitvoering van het denkbeeld van den heer
C e r u 11 i zou zeer kostbaar zijn.