5 FEBRUARI 1925.
57
pakken, dan zal daO natuurlijk geld kosten, [doch anders
vertrouwt Spr., dat het wel zal los loopen.
De VOORZITTER constateert, dat de Raad thans voor
een zeer gewichtige beslissing staat; daarom zal men wel
verwacht hebben, dat van de tafel van Burgemeester en
Wethouders nog een enkel woord wordt gezegd; bo
vendien, zijn er vragen gesteld, welke beantwoord dienen
te worden. Het heeft Spr. gefrappeerd, dat het debat op
een zeer hoog peil heeft gestaan. In aanmerking nemende
hetgeen er in de laatste maanden-Jzooal over dit onderwerp
is gezegd en geschreven, zoude men hebben kunnen vreezen,
dat het anders zou zijn, maar gelukkig is hier de zaak serieus
behandeld. Het gaat er dan ook alleen maar om, of door
het voorgelegde plan Breda wordt geholpen en het algemeen
belang niet geschaad. Nu heeft men het voordeel, dat de
heer Z ij 1 m a n s tegen het voorstel is. Dit is inderdaad een
voordeel, want was deze „rara avis" niet aanwezig, dan zou
er geen directe reden meer zijn geweest om den mond te roeren,
terwijl thans de argumentatie voor grenswijziging en het oor
deel van velen Uwer nog eens naar voren kon worden gebracht.
Voorop dient gesteld, dat het ontwerp o. i. niet in alle op
zichten bevredigend is; het voldoet niet aan vroeger naar
voren gebrachte verlangens van Breda. Te dien opzichte
kwam het plan 1921 beter voor, doch Gedeputeerde Staten
gingen daar niet mede accoord en hebben Burgemeester en
Wethouders doen weten, dat een plan van beperkter omvang
ware te overwegen. Het College heeft zich aan dien wenk
gehoudenzulks deden zij te gemakkelijker, wijl door velen,
ook onder U, het groote plan te uitgestrekt werd geacht.
Toch heeft het College een nog eenigszins meer beperkt
ontwerp van Gedeputeerde Staten moeten ontvangen. Hadden
Burgemeester en Wethouders aan hun oorspronkelijk plan
vastgehouden, dan zou er van de geheele grenswijziging
niets terecht gekomen zijn. Men moet bij dergelijke moeilijke
zaken, die over tientallen jaren loopen, niet hardnekkig aan