29 JULI 1925. 581 31. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om het crediet voor de verbetering van de Ambachtsschool met f26.000,te verhoogen, luidende als volgt: „Het plan tot verbouwing van de Ambachtsschool, zooals „het in verband met Uw besluit van 26 Februari j.l. was „ontworpen, hield in een uitbreiding van de smederijen, zooals „deze voorkomt op de opnieuw hierbij ter visie gelegde „teekening aldus zoude een laag gebouw tusschen het hoofd- „gebouw der school en het gebouw van „Concordia'' worden „geplaatst, dat aan den welstand der omgeving afbreuk zou „doen. Waar de eischen van de bloeiende instelling toe voeging van enkele zalen uitermate gewenscht doen zijn, „rees de vraag, of de gelegenheid niet moest worden benut „om in beiderlei opzichte een goede oplossing na te streven. „Bedoelde tusschenbouw ware van een verdieping te voor dien. Wordt daarboven een zolder met dak aangebracht, „dan wordt toevoeging van twee ruime teekenzalen verkregen „en bereikt, dat deze tusschenbouw in goede aansluiting aan „het hoofdgebouw en door zijn hoogte in de omgeving „passend wordt opgetrokken. „Een mede hierbij overgelegde teekening geeft het verbe terde plan aan. Ook het advies van den directeur der „publieke werken moge hierbij worden aangetroffen. „Een nauwkeurige begrooting wijst voor de daarmede „gepaard gaande vermeerdering van kosten een bedrag van „f 26.000.aan. Bij het met de Rijksinspectie gepleegde „overleg bleek, dat men ook van die zijde in deze wijziging „een belangrijke verbetering van het plan zag. Echter kon „men men, ook in verband met de eischen van bezuiniging, „geen ten volle evenredige Rijkssteun in uitzicht stellen. Deze „zou, ook in verband met het feit dat de wijziging voor een „deel verband houdt met de eischen van welstand, niet meer „dan de helft van het te besteden bedrag betreffen. „Zoowel de Commissie voor de gemeentelijke Ambachts school als de Bouwcommissie zijn eenstemmig van oordeel, „dat op de aangegeven gronden er alle aanleiding is de helft

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 581