29 JULI 1925. 587 De VOORZITTER: Men moet in den Raad niet alles in détails willen regelen. De heer APPELBOOMWanneer de kassier echter niet anders doet dan de gelden ontvangen, dan kan men m. i. wel volstaan met hem een toelage te verstrekken boven zijn wedde, welke in dat geval niet meer dan die van een klerk behoeft te bedragen. De heer SCHRAUWEN zegt, dat hier een misverstand heerscht met betrekking tot de voorgestelde splitsing. De Gascommissie heeft geadviseerd om alle kwitanties door den boekhouder te laten uitschrijven. Zij kunnen dan worden vergeleken met hetgeen door den kassier wordt ontvangen. De commissie acht dit, naar menschelijke berekening, de beste controle. De heer HORNIX verzoekt stemming over zijn voorstel, om de functie van boekhouder in de oorspronkelijke salaris groep (groep IX) terug te brengen., De VOORZITTER verklaart, dat het voorgestelde salaris van den boekhouder zeer goed is overwogen. Burgemeester en Wethouders wenschen niet de kans te loopen, voor die functie iemand te krijgen, die niet voor zijn taak berekend is. De heer HORN IX is van meening, dat er voor een salaris van f 3200f 3700 genoeg knappe boekhouders te krijgen zullen zijn. Spr. vindt het volstrekt niet noodig om er nog een schepje op te doen. De VOORZITTER Er kan hierbij geen sprake zijn van een schepje op doen immers, de laatste functionaris genoot een wedde gelijk aan de thans voorgestelde. Spr. wijst voorts op andere vergelijkbare functies en zegt, dat de te benoemen functionaris een behoorlijke gezagspositie moet kunnen inne-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 587