25 AUGUSTUS 1925. 613 Zonder verdere opmerkingen wordt daarop be sloten, het schrijven van den heer Schlaghecke te stellen in handen van Burgemeester en Wethou ders om prae-advies. 23. Schrijven van den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, houdende bezwaren tegen den kostprijs per wo ning van de te bouwen woningen voor sociaal-achterlijken, met voorstel van Burgemeester en Wethouders, luidende als volgt: „Blijkens bijgevoegd schrijven wordt door den Minister „van Arbeid, Handel en Nijverheid bezwaar gemaakt tegen „de bouwkosten van den voorgenomen woningbouw voor „sociaal-achterlijken op een perceel bouwterrein onder Prin- „cenhage nabij den Vestkant, waartoe in Uwe vergadering „van 23 April j. 1. werd besloten en waarvoor het noodige „grond- en bouwvoorschot werd aangevraagd. „De Minister is van oordeel, dat naar eene verlaging der „bouwsom moet worden gestreefd, ten einde met eene ge middelde weekhuur van f2.65 per woning te kunnen volstaan. „De Adjunct-Directeur van Openbare Werken wijst erop, „dat bij het ontwerpen van dit woningcomplex er naar ge streefd is om eenvoudige doch soliede woningen te bouwen „en dat bij eene herziening van de begrooting is gebleken, „dat de bouwkosten bezwaarlijk lager zijn te ramen dan de „begrooting thans aangeeft. „Evenwel is de mogelijkheid gebleken om door een ge- „wijzigden opzet van de exploitatierekening te komen tot „een maximum-huurprijs van f 2.65 per woning en per week. „In dit geval is het noodig, dat voor den grond, die reeds „eigendom der gemeente is, eene jaarlijks te betalen ver goeding in rekening wordt gebracht. Verder zal de gemeente „moeten afzien van de aanvrage om een bouwvoorschot van „het Rijk, doch de gelden, voor den bouw benoodigd, uit „de opbrengst eener leening moeten bestrijden tegen eene

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 613