29 SEPTEMBER 1925.
653
De heer SCHRAUWFN kan zich in hoofdzaak vereeni
gen met het door den heer Appelboom gesprokene.
Spr. is hier, evenals den heer Haaiman, steeds opgekomen
voor de belangen der werklieden. Nu het echter den hoofd
ambtenaren geldt, springt hij ook voor hunne belangen in
de bres. Spr. toont voorts aan, dat hierdoor geen gevaarlijk
precedent wordt geschapen. Het is niet de eerste maal, dat
voor buitengewone werkzaamheden een gratificatie wordt
toegekend. Jaren geleden is n. 1. aan een zekeren Plevier,
die een instrument had uitgevonden om de waterleidingbuizen
schoon te maken, daarvoor een gratificatie van f 500.
toegekend.
Degenen, die het niet noodig vinden, den heeren de Kat
en Van Goethem een gratificatie toe te kennen, geeft
Spr. in overweging, eens de moeite te nemen om de werken
van den ombouw te gaan zien; hij is ervan overtuigd, dat
zij dan wel tot ander inzicht zullen komen. Wel is er in
de pers gezegd, dat de plannen voor de verschillende in
stallaties geheel door technische bureaux of buitenlandsche
ondernemingen geleverd zijn. Dit is evenwel niet juist. De
oorspronkelijke plannen met betrekking tot plaats en ruimte
zijn door de Directie opgemaakt. Zoo is b. v. de transport
inrichting geheel door haar gedacht. Men heeft vaak kun
nen constateeren, dat op het kantoor der Directie nog tot
10 a 11 uur 's avonds licht brandde. Het toekennen van
deze gratificaties is de bloote erkenning van 's Raads waar
deering voor het geleverde werk.
De heer KOOPERBERG verklaart, in principe niet zoo n
groot voorstander van het toekennen van gratificaties te
zijn. Nu hij echter vernomen heeft, dat in geheime verga
dering met zoovele stemmen besloten is deze gratificaties
toe te kennen, gevoelt hij zich genoopt voor dit voorstel
te stemmen.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders