674
29 SEPTEMBER 1925.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking
wordt dienovereenkomstig besloten.
De VOORZITTER stelt voor, punt 30 aan het einde
der agenda te behandelen.
Daartoe wordt besloten.
31. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om hen
te machtigen tot verkoop van het rollend materieel, rails
enz. van het tijdelijk Trambedrijf, in verband met de op
heffing van dat bedrijf.
De heer ZIJLMANS vindt, dat het aanbeveling verdient
nog een jaar met dien verkoop te wachten. Men kan n. 1.
niet vooruit weten, of het nieuwe autobusbedrijf zal voldoen
het zou kunnen blijken, dat het aanvulling noodig heeft.
Daarbij komt nog, dat den verkoop van het materieel toch
niet zoo veel zal opbrengen.
De VOORZITTER wijst er in de eerste plaats op, dat
de gemeente met de N. V. „Monopol Automobiel Import
Maatschappij" een contract voor 5 jaren heeft gesloten. In
de tweede plaats zou men geen plaats meer hebben om het
rollend materieel op te bergen, want de tramremise is ver
huurd. En in de derde plaats lijkt Spr. het scheppen van
een nieuwe trammisère in de toekomst wel wat afschrik
wekkend. Spr. gelooft niet, dat de Raad over een jaar den
moed zou hebben het trambedrijf in eere te herstellen.
Trouwens, als men begint met de zaak nog een jaar aan
te zien, blijft men allicht aan den gang. Daarbij komt nog,
dat men na een jaar veel kosten zou hebben om het inmid
dels nog verslechterd materieel weer bruikbaar te maken.
Den heer HORNIX komt het voor, dat men het beste
doet met alles zoo spoedig mogelijk op te ruimen, behalve