29 SEPTEMBER 1925. 677 „Op grond van het vorenstaande hebben wij de eer U „voor te stellen: le. „aflosbaar te stellen op 1 Januari 1926: ,,a. het restant der 6°/o leening van 1920 oorspron kelijk groot f 842.000..en op genoemden datum „pro resto f 640.000. „b. het restant der 7°/„ leening van 1920 oorspron kelijk groot f 1.500.000.en op genoemden datum „pro resto f 1.135.000. 2e. „aan te gaan met de Rijkspostspaarbank een over- „eenkomst van geldleening, waarvan de voorwaarden „hierbij worden overgelegd, tot een bedrag van „f 1.775.000..tegen een rente van 5°/o 's jaars en „den parikoers en met verstrekking van het te leenen „bedrag op 1 Januari 1926. „Met voornoemde voorwaarden worden hierbij overgelegd „de van voornoemde instellingen ontvangen aanbiedingen." De heer APPELBOOM vraagt, of men heeft nagegaan, of een gewone conversie onvoordeeliger zou zijn dan dit aanbod. De heer PELSTER: Natuurlijk is nagegaan, wat het voordeeligst zou zijn. Zonder verdere opmerkingen wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 33. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders, op het voorstel van het raadslid, Mr. E. L. M. H. Baron Speyart van Woerden, in zake terugvordering van te veel betaalde vergoedingen aan bijzondere schoolbesturen voor boventallige leerkrachten over de jaren 1921 en 1922. De VOORZITTER stelt voor, de behandeling van dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 677