750 8 OCTOBER 1925. Elich, Loomans, Haaiman, Van Hattem en Schlaghecke. Voor: de heeren Pelster, Speyart van Woerden, Cerutti en Appelboom. De VOORZITTER constateert, dat tengevolge van den uitslag dezer stemming, art. 4 in zijn tegenwoordigen vorm blijft bestaan, echter men dien verstande, dat daarin ver vallen de woorden„de adjunct-inspecteurs". üvlikel 7 wordt vervolgens zonder eenige beden king gewijzigd overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Ten slotte wordt, naar aanleiding van een reeds vroeger genomen besluit, besloten art. 11 te doen vervallen en in verband daarmede de tegenwoordige artt. 12, 13 en 14 voortaan resp. te doen luiden: 11, 12 en 13. 10. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders, op het voorstel van het raadslid Th. P. Elich, betreffende de vaststelling van een melkventverbod op Zondag (aange houden in een vorige vergadering), luidende als volgt: „Om prae-advies stelde Uwe vergadering in onze handen „het hierbijgevoegd voorstel van Uw medelid, den heer „Elich, beoogende den melkverkoop op Zondag te verbieden. „Over dit voorstel is door ons het advies ingewonnen „van de Commissie voor de Strafverordeningen en van de „Gezondheidscommissie voor deze gemeente, welke adviezen „mede hierbij worden overgelegd. „Blijkens het advies van eerstgemelde commissie ontmoet „het voorstel van den heer Elich allerlei ernstige bezwaren „en gaat het ook verder dan, naar het schijnt, de bedoeling „is van hen, die een melkventverbod wenschen te bevorderen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 750