30 OCTOBER 1925, 795 hier ter stede nog geen bank was, waarbij voor de gemeente onderpand bestond. In Februari van dit jaar heeft Spr. er op aangedrongen, om bij de Amsterdamsche Bank, die toen sedert korten tijd hier een bijbank had, een rekening-courant te openen, ten einde daarop al het overtollige kasgeld te plaatsen; men zou dan elk oogenblik over die gelden kun nen beschikken. Burgemeester en Wethouders stellen nu voor, een rekening-courant-overeenkomst te sluiten bij de Bank voor Nederlandsche Gemeenten. Men zal daarvan echter niet zoo veel gemak hebben, wijl die Bank hier ter stede geen filiaal heeft. De VOORZITTER: Men kan toch twee rekeningen courant hebben. De heer CERUTTI deelt mede, dat de gemeente reeds vanaf het jaar 1886 in rekening-courant staat met de Am sterdamsche Bank. Het in-deposito-geven van tijdelijk over tollig kasgeld heeft altijd plaats gehad. De VOORZITTER zegt, dat de gemeente bij de Am sterdamsche Bank geen gewone rekening-courant heeft loe pen. Den heer Appelboom lijkt het onjuist om met de Bank voor Nederlandsche Gemeenten een rekening-courant overeenkomst aan te gaan, omdat die Bank hier geen filiaal heeft en de Amsterdamsche Bank wel. Eerstgenoemde Bank heeft echter ook allianties hier ter stede. De heer APPELBOOM brengt in herinnering, dat in de vergadering van 26 Februari j. 1. van de zijde van Burge meester en Wethouders de toezegging is gedaan, dat zijn denkbeeld, om al het kasgeld, voor zoover dit niet voor onmiddellijke uitbetaling noodig is, op rekening-courant te plaatsen, in overweging zou worden genomen. Spr. vraagt, of dit ook inderdaad is geschied.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 795