30 OCTOBER 1925.
797
niet toe met welke bankinstelling een zoodanige overeen
komst wordt aangegaan.
De heer SPEYART VAN WOERDEN wijst op het
omslachtige van een dergelijke overeenkomst met een bank
instelling, welke buiten de gemeente gevestigd is. Spr. zou
een rekening-courant willen openen bij een bank te Breda.
Den heer HORNIX komt het 't beste voor, dat de Raad
besluit tot het aangaan van twee rekening-courant-overeen
komsten, doch aan den Wethouder van Financiën overlaat
bij welke bankinstelling zij gesloten zullen worden.
De heer PELSTER begrijpt niet, waarom men de reke
ning-courant betreffende het kasgeld nu niet bij de Bank
voor Nederlandsche Gemeenten zou openen, ofschoon men
met die bankinstelling reeds in relatie staat.
De VOORZITTER gelooft, dat de tegenstanders van
dit voorstel de zaak te zwaar opnemen. De algemeene
wensch iseen rekening-courant te openen, ten einde o. m.
het tijdelijk overtollige kasgeld rentegevend te kunnen be
leggen en eenigszins gemakkelijker te financieren. Er is nu
echter reeds contact met de Bank voor Nederlandsche Ge
meenten door het sluiten van de eerste rekening-courant
overeenkomst en daarom acht de Wethouder het 't beste
om ook de andere met die bankinstelling aan te gaan.
De heer VAN WERKHOOVEN Maar, de Amsterdam-
sche Bank heeft hier een filiaal, de Bank voor Nederlandsche
Gemeenten niet. Ik houd hier geen pleidooi voor de Am-
sterdamsche Bank, de Nationale Bankvereeniging is ook
mijn bankier maar het lijkt mij voor de gemeente het
meest practisch om bij eerstgenoemde bankinstelling een
rekening-courant te openen.